Schoolreglement

 Inhoud:

 

Hoofdstuk 1               Algemene bepalingen                                                               

Hoofdstuk 2               Engagementsverklaring                                  

Hoofdstuk 3               Sponsoring                                                   

Hoofdstuk 4.              Kostenbeheersing

Hoofdstuk 5               Extra-murosactiviteiten                                

Hoofdstuk 6               Huiswerk, agenda’s, evaluatie, rapporten en schoolloopbaan          

Hoofdstuk 7               Afwezigheden en te laat komen                               

Hoofdstuk 8.              Schending van de leefregels, preventieve schorsing, tijdelijke en definitieve uitsluiting

Hoofdstuk 9               Getuigschrift basisonderwijs       

Hoofdstuk 10             Onderwijs aan huis en synchroon internetonderwijs              

Hoofdstuk 11              School-, ouder- en leerlingenraad

Hoofdstuk 12              Leerlingengegevens en privacy

Hoofdstuk 13              ICT-materiaal ter beschikking gesteld door de school, gebruik van Smartphone, eigen tablet / laptop, trackers of andere gelijkaardige toestellen, internet en sociale media

Hoofdstuk 14              Algemeen rookverbod

Hoofdstuk 15               Leerlingenbegeleiding

 

Hoofdstuk 1        Algemene bepalingen

 

Artikel 1 

Het schoolreglement regelt de verhouding tussen leerlingen en hun ouders enerzijds en de school/het schoolbestuur anderzijds.

 

Artikel 2

De ouders ondertekenen het pedagogisch project, de infobrochure en het schoolreglement van de school voor akkoord. Dit is een inschrijvingsvoorwaarde.

Het schoolreglement wordt door de directeur voorafgaand aan elke inschrijving van de leerling schriftelijk of via elektronische drager en met toelichting, indien de ouders dit wensen ter beschikking gesteld. Bij elke wijziging van het schoolreglement informeert de directeur de ouders schriftelijk of via elektronische drager en met toelichting, indien de ouders dit wensen. De ouders verklaren zich opnieuw schriftelijk akkoord. Indien de ouders zich met de wijziging niet akkoord verklaren, dan wordt aan de inschrijving van het kind een einde gesteld op 31 augustus van het lopende schooljaar. De school vraagt de ouders of ze ook een papieren versie van het schoolreglement en/of eventuele wijzigingen wensen en stelt deze ter beschikking.

 

Artikel 3

Dit schoolreglement eerbiedigt de internationaalrechtelijke en grondwettelijke beginselen inzake de rechten van de mens en van het kind in het bijzonder.

 

Artikel 4

Voor de toepassing van dit schoolreglement wordt verstaan onder:

 

1°                Aangetekend: met aangetekende brief of tegen afgifte van een gedateerd ontvangstbewijs.

 

2°                Extra-murosactiviteiten:

                   activiteiten van één of méér schooldagen die plaatsvinden buiten de schoolmuren en worden georganiseerd voor één of meer leerlingengroepen.

 

3°                Klassenraad:

                   team van personeelsleden dat onder leiding van de directeur samen de verantwoordelijkheid draagt of zal dragen voor de begeleiding van en het onderwijs aan een bepaalde leerlingengroep of individuele leerling.

 

4°                Leerlingen: de kinderen die regelmatig zijn ingeschreven in de basisschool.

 

5°                Regelmatige leerling:

  • in het lager onderwijs of als 6- en 7-jarige in het kleuteronderwijs: altijd aanwezig, behalve bij gewettigde afwezigheid;
  • 5-jarige in het kleuteronderwijs: voldoende aanwezig (minstens 290 halve dagen);
  • deelnemen aan alle onderwijsactiviteiten die voor de leerlingengroep of de leerling worden georganiseerd, behoudens vrijstelling. Deelnemen aan het taalbad of een ander taalintegratietraject wordt beschouwd als een onderwijsactiviteit die voor de leerlingengroep of de leerling wordt georganiseerd.

 

 

6°                Toelatingsvoorwaarden:

 

                   Om toegelaten te worden in het kleuteronderwijs moet een kind ten minste twee en een half jaar oud zijn. Als een kleuter, op het moment van de inschrijving nog geen drie jaar is, kan hij in het basisonderwijs slechts toegelaten worden op één van de volgende instapdagen:

  • de eerste schooldag na de zomervakantie;
  • de eerste schooldag na de herfstvakantie;
  • de eerste schooldag na de kerstvakantie;
  • de eerste schooldag van februari;
  • de eerste schooldag na de krokusvakantie;
  • de eerste schooldag na de paasvakantie;
  • de eerste schooldag na Hemelvaart.

 

Om toegelaten te worden tot het gewoon lager onderwijs moet een leerling 6 jaar zijn voor 1 januari van het lopende schooljaar. Als hij nog niet de leeftijd van 7 jaar heeft bereikt of zal bereiken voor 1 januari van het lopende schooljaar, moet hij bovendien aan de volgende voorwaarden voldoen :

 

(1) het voorgaande schooljaar ingeschreven zijn geweest in een door de Vlaamse Gemeenschap erkende Nederlandstalige school voor kleuteronderwijs en gedurende die periode ten minste 290 halve dagen daadwerkelijk aanwezig geweest zijn (halve dagen aanwezigheid in de rijdende kleuterschool worden beschouwd als aanwezigheid);

 

(2) een gunstig advies bezitten van de klassenraad van de school waar de leerling voorafgaand aan de instap in het gewoon lager onderwijs kleuteronderwijs heeft gevolgd. Dit advies bewijst de mate waarin de leerling het Nederlands voldoende beheerst om het gewoon lager onderwijs te kunnen starten;

 

(3) bij ongunstig advies van de klassenraad van de kleuterschool: een toelating door de klassenraad van de school waar de leerling het gewoon lager onderwijs wil volgen. Leerlingen met een ongunstig advies worden enkel toegelaten tot het gewoon lager onderwijs mits deze leerlingen een taaltraject doorlopen.

 

(4) voor leerlingen die geen kleuteronderwijs gevolgd hebben, beslist de klassenraad van de school voor lager onderwijs na een taalscreening of deze leerling al dan niet toelating krijgt tot het reguliere traject, dan wel een taalbad in het gewoon lager onderwijs volgt.

 

                    Om een jaar vroeger te worden toegelaten tot het lager onderwijs:

 

Als vijfjarigen worden beschouwd, al wie vijf jaar geworden is vóór 1 januari van het lopende schooljaar. Er zijn twee mogelijke situaties:

 

(1) Een vijfjarige leerling die het voorgaande schooljaar was ingeschreven in een erkende school voor Nederlandstalig onderwijs kan enkel toegelaten worden mits:

- gunstig advies van de klassenraad van de school waar de leerling laatst kleuteronderwijs volgde.

- bij ongunstig advies van de klassenraad van het kleuteronderwijs omwille van de beheersing van het Nederlands: een gunstige beslissing van de klassenraad lager onderwijs en het volgen van een taalintegratietraject in het lager onderwijs.

- bij ongunstig advies van de klassenraad van het kleuteronderwijs, omwille van andere redenen: een gunstige beslissing van de klassenraad lager onderwijs.

 

Na kennisneming van en toelichting bij het advies van het CLB en na het gunstig advies of de gunstige beslissing door de klassenraad, nemen de ouders de uiteindelijke beslissing over de vervroegde instap. 

 

(2) Een vijfjarige leerling die het voorgaande schooljaar niet ingeschreven was in een erkende school voor Nederlandstalig onderwijs :

- een gunstige beslissing van de klassenraad van de school voor lager onderwijs.

- de klassenraad lager onderwijs beslist ook of de leerling toegelaten wordt in een regulier traject en/ of taalintegratietraject.

 

Na kennisneming van en toelichting bij het advies van het CLB en na toelating door de klassenraad lager onderwijs, nemen de ouders de uiteindelijke beslissing over de vervroegde instap.

  

Voor zij-instromers van 7 jaar of ouder gelden de bovenstaande voorwaarden niet.

 

                        

7°                Leerlingengroep:

                   een aantal leerlingen dat samen voor een bepaalde periode eenzelfde opvoedings- of onderwijsactiviteit volgt.

 

8°                Ouders:

                   de personen die het ouderlijk gezag uitoefenen of in rechte of in feite de minderjarige onder hun bewaring hebben.

 

9°                Pedagogisch project:

                   het geheel van de fundamentele uitgangspunten dat door een schoolbestuur voor een school en haar werking wordt bepaald.

 

10°              School:

                   het pedagogisch geheel, waar onderwijs wordt georganiseerd en dat onder leiding staat van de directeur.

 

11°              Schoolbestuur: de inrichtende macht die verantwoordelijk is voor de sch(o)ol(en) van de gemeente, nl. de Gemeenteraad. Inzake daden van dagelijks beheer is het College van burgemeester en schepenen bevoegd.

 

12°              Schoolraad: is een officieel inspraakorgaan waarin ouders, personeel, en personen van de lokale gemeenschap vertegenwoordigd zijn.

 

13°              Werkdag: weekdagen van maandag tot vrijdag, met uitzondering van feestdagen en dagen die vallen tijdens de herfst-, kerst-, krokus- en paasvakantie.

 

14°              Schooldag: een dag waarop leerlinggebonden activiteiten georganiseerd worden, met uitzondering van zaterdag, zondag en de schoolvakanties.

 

 

Hoofdstuk 2        Engagementsverklaring

Artikel 5

  • 1 Oudercontacten

De school organiseert op geregelde tijdstippen oudercontacten. De ouders en de school zelf kunnen op eigen initiatief bijkomende oudercontacten voorstellen.

De ouder(s) woont (wonen) de oudercontacten bij.

In de infobrochure staan de concrete data.

 

  • 2 Voldoende aanwezigheid

De ouders zorgen ervoor dat hun kind elke schooldag en op tijd naar school komt.

 

  • 3 Deelnemen aan individuele begeleiding

Sommige kinderen hebben nood aan een individuele begeleiding. Voor kinderen die daar nood aan hebben, werkt de school vormen van individuele ondersteuning uit en ze maakt daarover afspraken met de ouders zoals voorzien in het zorg- en gelijke onderwijskansenbeleid van de school.

De ouders ondersteunen op een positieve manier de maatregelen die in samenspraak genomen zijn.

 

  • 4 Nederlands is de onderwijstaal van de school.

Ouders moedigen hun kind(eren) aan om Nederlands te leren. Ouders ondersteunen de initiatieven en de maatregelen die de school neemt om de eventuele taalachterstand van hun kind(eren) weg te werken.

 

 

Hoofdstuk 3        Sponsoring

Artikel 6

De school werkt voor het bereiken van de eindtermen en het nastreven van ontwikkelingsdoelen met de middelen die door de Vlaamse Gemeenschap en door het schoolbestuur ter beschikking worden gesteld.

 

 

Om de bijdragen van de ouders voor niet-eindtermgebonden onderwijskosten te beperken, kan de school gebruik maken van geldelijke en niet-geldelijke ondersteuning door derden.

 

 

Dergelijke ondersteuning in de vorm van mededelingen die rechtstreeks of onrechtstreeks tot doel hebben de verkoop van producten of diensten te bevorderen, kan enkel in geval van facultatieve activiteiten en na overleg in de schoolraad.

 

 

  • 4

De school zal in geval van dergelijke ondersteuning enkel vermelden dat de activiteit of een gedeelte van de activiteit ingericht werd door middel van een gift, een schenking, een gratis prestatie of een prestatie verricht onder de reële prijs door een bij name genoemde natuurlijke persoon, rechtspersoon of feitelijke vereniging.

 

 

De bedoelde mededelingen kunnen enkel indien:

 

1°               deze mededelingen verenigbaar zijn met de pedagogische en onderwijskundige taken en doelstellingen van de school;

2°                deze mededelingen de objectiviteit, de geloofwaardigheid, de betrouwbaarheid en de onafhankelijkheid van de school niet in het gedrang brengen.

 

 

  • 6

In geval van vragen of problemen met betrekking tot de geldelijke of niet-geldelijke ondersteuning door derden, richt men zich tot het schoolbestuur.

 

 

Hoofdstuk 4        Kostenbeheersing

 

Artikel 7

  • 1 Kosteloos

Het schoolbestuur vraagt geen direct of indirect inschrijvingsgeld.

Het schoolbestuur vraagt geen bijdrage voor onderwijsgebonden kosten die noodzakelijk zijn om een eindterm te realiseren of een ontwikkelingsdoel na te streven.

De school stelt volgende materialen gratis te beschikking, per kind, per klas of per groep klassen:

Lijst met materialen

 

Bewegingsmateriaal

Ballen, touwen, (klim)toestellen, driewielers…

Constructiemateriaal

 

Karton, hout, hechtingen, gereedschap, katrollen, tandwielen, bouwdozen…

Handboeken, schriften, werkboeken en -blaadjes, fotokopieën, software

 

ICT-materiaal

 

Computers inclusief internet, tv, radio, telefoon…

Informatiebronnen

 

(Verklarend) woordenboek, (kinder)krant, jeugdencyclopedie, documentatiecentrum, cd-rom, dvd, klank- en beeldmateriaal…

Kinderliteratuur

 

Prentenboeken, (voor)leesboeken,  kinderromans, poëzie, strips…

Knutselmateriaal

Lijm, schaar, grondstoffen, textiel…

Leer- en ontwikkelingsmateriaal

Spelmateriaal, lees- en rekenmateriaal, denkspellen, materiaal voor socio-emotionele ontwikkeling…

Meetmateriaal

Lat, graadboog, geodriehoek, tekendriehoek, klok (analoog en digitaal), thermometer, weegschaal…

Multimediamateriaal

 

Audiovisuele toestellen, dvd-speler…

Muziekinstrumenten

Trommels, fluiten…

Planningsmateriaal

Schoolagenda, kalender, dagindeling…

Schrijfgerief

Potlood, pen…

Tekengerief

Stiften, kleurpotloden, verf, penselen…

Atlas, globe, kaarten, kompas, passer, zakrekenmachine 

 

 

  • 2 Maximumfactuur

 

Het schoolbestuur kan echter een beperkte bijdrage vragen voor kosten die ze maakt om de eindtermen en de ontwikkelingsdoelen te verlevendigen. Dit gebeurt steeds na overleg met de schoolraad. Het gaat over volgende bijdragen:

  1. de toegangsprijs voor het zwembad, met uitzondering van de leerlingengroep waar-voor de toegangsprijs door de Vlaamse Gemeenschap wordt gedragen;
  2. de toegangsprijs bij pedagogisch-didactische uitstappen;
  3. de deelnamekosten bij eendaagse extra-murosactiviteiten;
  4. de vervoerskosten bij pedagogisch-didactische uitstappen, eendaagse extra-muros-activiteiten en zwemmen, met uitzondering van de leerlingengroep waarvoor de vervoerkosten naar het zwembad door de Vlaamse Gemeenschap worden gedragen;
  5. de aankoopprijs van turn- en zwemkledij;
  6. de kosten voor occasionele activiteiten, projecten en feestactiviteiten.

                   

Maximumbijdrage per schooljaar:

Voor de kleuterschool bedraagt dit 45 euro per schooljaar.

Voor de lagere school bedraagt dit 90 euro per schooljaar.

  • 3              Extra bovenop de maximumfactuur

 

Voor meerdaagse extra-murosactiviteiten kan enkel in de lagere school een bijdrage gevraagd worden. Dit gebeurt na overleg met de schoolraad.

 

Deze bijdrage mag maximaal 450 euro bedragen voor de volledige schoolloopbaan lager onderwijs.

           

 

  • 4 Bijdrageregeling

 

De school biedt volgende diensten en materialen aan tegen betaling:

 

  1. vervoer en deelname aan buitenschoolse activiteiten
  2. buitenschoolse opvang;
  3. middagtoezicht;
  4. maaltijden en drank;
  5. klasfoto’s;
  6.  

 

 

 

De school vraagt een bijdrage voor:

 

  • Warme maaltijden (niet verplicht): eerste en tweede kleuterklas: 3 euro / dag    

                                                                       derde kleuterklas en lagere school: 3,25 euro / dag

  • Soep (niet verplicht): 0,25 euro / dag

 

  • Bewaking:

                   Maandelijks forfait zonder woensdagnamiddag: 13,50 euro per maand en per kind.

Maandelijks forfait met woensdagnamiddag: 19 euro per maand en per kind.

Er wordt een bijkomende retributie verschuldigd voor laattijdige afhaling van een kind, 5 euro per bijkomend kwartier na 18u. Wanneer een leerling uitzonderlijk in de bewaking blijft, wordt er 2 euro/dag aangerekend.                                               

 

  • Zwemmen: (derde kleuterklas en zesde leerjaar gratis)

                                                                       eerste tot vijfde leerjaar: 2 euro

 

De school gebruikt deze materialen/diensten niet in haar activiteiten en lessen.

De ouders kiezen of ze al dan niet van deze diensten gebruik maken.

 

 

  • 5 Basisuitrusting

 

De school verwacht dat de leerlingen over volgende zaken beschikken: boekentas, zwemzak, turn-gerief (witte pantoffels + zwarte short). Deze basisuitrusting valt ten laste van de ouders.

     

  • 6 Betalingen

 

De school zorgt voor een maandelijkse afrekening van de bovenvermelde kosten. Deze worden binnen de 10 dagen na ontvangst via een overschrijving aan de gemeente betaald. Is deze niet betaald binnen de 10 dagen dan stuurt de school een herinneringsbrief, daarna krijgen de ouders een brief van de gemeente.

Wanneer zich betalingsmoeilijkheden voordoen kunnen de ouders, na afspraak, een onderhoud met de directie aanvragen om naar een gezamenlijke oplossing te zoeken.

In geval van vragen en problemen omtrent de bijdrageregeling richt men zich naar de directeur.

 

Ouders zijn, ongeacht hun burgerlijke staat, hoofdelijk gehouden tot het betalen van de schoolrekening. De school kan elke ouder afzonderlijk aanspreken voor het geheel van de schoolrekening. De school kan niet verplicht worden rekening te houden met overeenkomsten die ouders getroffen hebben of door de rechtbank werden bepaald over de kosten en de opvoeding van de kinderen. Die regelingen zijn immers niet tegenstelbaar aan derden, zoals de school.

De school hoeft geen gesplitste facturen te maken. Als ouders het wensen, krijgen ze beiden een identieke schoolrekening. Beide ouders blijven elk het resterende bedrag verschuldigd, tot de rekening betaald is.

 

 

 

Hoofdstuk 5        Extra-murosactiviteiten

 

Artikel 8 

Extra-murosactiviteiten zijn activiteiten van één of meerdere schooldagen die plaats vinden buiten de schoolmuren en worden georganiseerd voor één of meer leerlingengroepen.

De school streeft ernaar dat alle leerlingen deelnemen aan de extra-murosactiviteiten, aangezien ze deel uitmaken van het leerprogramma.

De ouders worden tijdig geïnformeerd over de geplande extra-murosactiviteiten.

Ouders hebben echter het recht om hun kinderen niet mee te laten gaan op extra-murosactiviteiten van een volledige dag of meer. Ze moeten deze weigering schriftelijk kenbaar maken aan de school.

Als de leerling niet deelneemt dan moet de leerling toch op school aanwezig zijn. Voor deze leerlingen voorziet de school een aangepast programma.

Activiteiten die volledig buiten de schooluren georganiseerd worden, vallen hier niet onder.

 

Hoofdstuk 6        Huiswerk, agenda’s, rapporten, evaluatie en schoolloopbaan 

 

Artikel 9      Huiswerk

Tijdens de studie zal de studiebegeleider er op toezien dat de leerlingen hun huiswerk zelfstandig maken. Huiswerk zijn opdrachten die na schooltijd uitgevoerd worden: lessen leren, taken maken, opzoekwerk verrichten...

De school geeft deze opdrachten mee om het zelfstandig werken van de leerlingen te stimuleren en om hen extra oefenkansen te bieden.

Indien een leerling zijn huiswerk vergeet, kan de klasleerkracht de nodige maatregelen nemen.

 

 

Artikel 10    Agenda 

In de kleuterschool hebben de leerlingen een heen-en-weerschrift. Dit schrift wordt elke vrijdag meegegeven naar huis. Aan de hand van dit schrift worden ouders nauwer betrokken bij het schoolgebeuren. Ze worden geïnformeerd over de thema’s, activiteiten...

In het lager onderwijs krijgen de leerlingen een schoolagenda. Hierin worden de lessen en taken van de leerlingen en mededelingen voor ouders dagelijks genoteerd. Zowel de klasleerkracht als de ouders ondertekenen de schoolagenda elke dag na controle.

 

Artikel 11    Evaluatie en rapport 

Een samenvatting van de evaluatiegegevens van de leerling wordt neergeschreven in een rapport. Dit rapport wordt bezorgd aan de ouders, die ondertekenen voor kennisneming. Het rapport wordt, ondertekend terugbezorgd aan de klasleerkracht.

 

 

 

Artikel 12    Schoolloopbaan 

 

  • 1

Op voorwaarde dat aan alle toelatingsvoorwaarden voldaan is, nemen de ouders van de leerling de eindbeslissing inzake:

  • de overgang van kleuter- naar lager onderwijs, na kennisneming van en toelichting bij de adviezen van de klassenraad en van het CLB;
  • een jaar langer in het kleuteronderwijs, na kennisname en toelichting bij de adviezen van de klassenraad en het CLB;
  • het volgen van nog één schooljaar lager onderwijs, als de leerling 14 jaar wordt voor 1 januari van het lopende schooljaar, en dit na kennisneming van en toelichting bij het gunstig advies van de klassenraad en het advies van het CLB.

 

  • 2

Een leerling die een jaar te vroeg wil instappen in het lager onderwijs (5 jaar ten laatste op 31 december van het lopende schooljaar) wordt enkel ingeschreven na advies van het CLB en na toelating van de klassenraad. Geeft de klassenraad geen toelating, dan vervalt het beslissingsrecht van de ouders.

 

 

  • 3

In alle andere gevallen neemt de school de eindbeslissing inzake het al dan niet zittenblijven of versnellen van de leerling.

Een school die beslist het leerproces van een leerling te onderbreken door deze leerling het aanbod van het afgelopen schooljaar gedurende het daaropvolgende schooljaar opnieuw te laten volgen, neemt deze beslissing na overleg met het CLB. De beslissing wordt aan de ouders schriftelijk gemotiveerd en mondeling toegelicht. De school deelt mee welke bijzondere aandachtspunten er in het daaropvolgende schooljaar voor de leerling zijn. In het leerlingendossier bewaart de school de adviezen van de klassenraad en het CLB en/of het bewijsstuk waaruit blijkt dat ouders kennis hebben genomen en toelichting hebben gekregen bij het advies van de klassenraad en CLB.

 

 

 

Hoofdstuk 7        Afwezigheden en te laat komen 

 

Artikel 13    Afwezigheden

 

Zowel voor kleuters als voor leerlingen lager onderwijs is een voldoende aanwezigheid noodzakelijk voor een vlotte schoolloopbaan. Afwezigheden worden telefonisch meegedeeld aan de directeur, bij voorkeur voor de start van de schooldag.

 

 

 

  • 1 Kleuteronderwijs

    • Er is geen medisch attest nodig bij afwezigheden van kleuters.
    •  
    • Voor leerlingen in het kleuteronderwijs die 5 jaar worden voor 1 januari van het betreffende schooljaar, is er een leerplicht van minimaal 290 halve dagen aanwezigheid per schooljaar. Voor de berekening van dat aantal halve dagen aanwezigheid in functie van de leerplicht en de regelmatigheid van de leerling, kunnen de afwezigheden die door de directie als aanvaardbaar geacht worden meegerekend worden.
    •  
    • Voor 6- en 7-jarigen in het kleuteronderwijs of een vijfjarige die vervroegd instapt in het lager onderwijs, moeten de afwezigheden gewettigd worden volgens dezelfde regels als in het lager onderwijs.
    •  

 

 


  • 2 Lager onderwijs

 

 

(1)               Afwezigheid wegens ziekte:

  1. a) een verklaring van ziekte ondertekend en gedateerd door een ouder. Dit kan hoogstens vier maal per schooljaar worden ingediend. De verklaring vermeldt de naam van de leerling, de klasgroep, de reden van afwezigheid, de begindatum en de vermoedelijke einddatum.

 

  1. b) een medisch attest:

 

  • als de ouders al vier maal in een schooljaar zelf een verklaring wegens ziekte hebben ingediend;
  • bij een afwezigheid wegens ziekte van meer dan drie opeenvolgende kalenderdagen;

 

(2)               Afwezigheid van rechtswege:

Bij een afwezigheid van rechtswege bezorgen de ouders aan de directeur een ondertekende verklaring of een officieel document. De verklaring vermeldt de naam van de leerling, de klasgroep, de reden van afwezigheid, de begindatum en de vermoedelijke einddatum.
Het gaat om volgende gevallen:

-                  het bijwonen van een familieraad;

-                  het bijwonen van een begrafenis- of huwelijksplechtigheid van een persoon die onder hetzelfde dak woont als de leerling of van een bloed- of aanverwant van de leerling;

-                  de oproeping of dagvaarding voor de rechtbank;

-                  het onderworpen worden aan maatregelen in het kader van de bijzondere jeugdzorg en de jeugdbescherming;

-                  de onbereikbaarheid of ontoegankelijkheid van de school door overmacht;

-                  het beleven van feestdagen die inherent zijn aan de door de grondwet erkende levensbeschouwelijke overtuiging van een leerling;

-                  het actief deelnemen in het kader van een individuele selectie of lidmaatschap van een vereniging als topsportbelofte aan sportieve manifestaties. Maximaal 10 al dan niet gespreide halve schooldagen per schooljaar.

 

(3)               Afwezigheid mits voorafgaandelijke toestemming van de directeur:

Bij een afwezigheid met toestemming van de directeur bezorgen de ouders aan de directeur een ondertekende verklaring of een officieel document. De verklaring vermeldt de naam van de leerling, de klasgroep, de reden van afwezigheid, de begindatum en de vermoedelijke einddatum.

(4)               Afwezigheid wegens verplaatsingen van de trekkende bevolking:

 

In uitzonderlijke omstandigheden kan de afwezigheid van kinderen van binnenschippers, kermis- en circusexploitanten en -artiesten en woonwagenbewoners gewettigd zijn om de ouders te vergezellen tijdens hun verplaatsingen.


De afspraken over de modaliteiten aangaande het onderwijs op afstand en aangaande de communicatie tussen de school en de ouders worden vastgelegd in een overeenkomst tussen de directeur en de ouders.

 

(5)               Afwezigheden voor topsport voor de sporten tennis, zwemmen en gymnastiek mits toestemming van de directie

Een dergelijke afwezigheid kan slechts worden toegestaan voor maximaal zes lestijden per week (verplaatsingen inbegrepen) en kan enkel als de school voor de betrokken topsportbelofte over een dossier beschikt dat volgende elementen bevat:

  • een gemotiveerde aanvraag van de ouders;
  • een verklaring van een bij de Vlaamse sportfederatie aangesloten sportfederatie;
  • een medisch attest van een sportarts verbonden aan een erkend keuringscentrum van de Vlaamse Gemeenschap;
  • een akkoord van de directie.

 

 

(6)               Afwezigheden omwille van revalidatie tijdens de lestijden:

 

 

  1. a) de afwezigheid omwille van revalidatie na ziekte of ongeval, en dit gedurende maximaal 150 minuten per week, verplaatsing inbegrepen.

 

Om een beslissing te kunnen nemen, moet de school beschikken over een dossier dat minstens de volgende elementen bevat:

 

  • een verklaring van de ouders waarom de revalidatie tijdens de lestijden moet plaatsvinden;
  • een medisch attest waaruit de noodzakelijkheid, de frequentie en de duur van de revalidatie blijkt;
  • een advies, geformuleerd door het CLB, na overleg met de klassenraad en de ouders;
  • een toestemming van de directeur voor een periode die de duur van de behandeling, vermeld in het medisch attest, niet kan overschrijden.

    

Uitzonderlijk kunnen de 150 minuten overschreden worden, mits gunstig advies van de arts van het CLB, in overleg met de klassenraad en de ouders.

 

  1. b) de afwezigheid gedurende maximaal 150 minuten per week, verplaatsing inbegrepen, van leerlingen met een specifieke onderwijsgerelateerde behoefte waarvoor een handelingsgericht advies is gegeven.

 

Om een beslissing te kunnen nemen, moet de school beschikken over een dossier dat minstens de volgende elementen bevat:

  • een verklaring van de ouders waarom de revalidatie tijdens de lestijden moet plaatsvinden;
  • een advies, geformuleerd door het CLB in overleg met de klassenraad en de ouders;
  • een samenwerkingsovereenkomst tussen de school en de revalidatieverstrekker. De revalidatieverstrekker bezorgt op het einde van elk schooljaar een evaluatieverslag;
  • een toestemming van de directeur, die jaarlijks vernieuwd en gemotiveerd moet worden, rekening houdend met het evaluatieverslag waarvan sprake in punt 3).

 

In uitzonderlijke omstandigheden en mits gunstig advies van het CLB in overleg met de klassenraad en de ouders, kan de maximumduur van 150 minuten voor leerplichtige kleuters uitgebreid worden tot 200 minuten, verplaatsing inbegrepen.

 

Voor leerlingen die vallen onder de toepassing van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 december 2003 betreffende de integratie van leerlingen met een matige of ernstige verstandelijke handicap in het gewoon lager en secundair onderwijs kan de afwezigheid maximaal 250 minuten per week bedragen, verplaatsing inbegrepen.

 

 

(7)               Afwezigheden omwille van preventieve schorsing en tijdelijke en definitieve uitsluiting:

Een afwezigheid omwille van een preventieve schorsing, een tijdelijke of definitieve uitsluiting en waarbij de school gemotiveerd heeft dat opvang in de school niet haalbaar is, is een gewettigde afwezigheid.

 

  • 3 Problematische afwezigheden


Alle afwezigheden die niet zijn opgesomd of niet kunnen worden gewettigd zoals beschreven onder §2, worden ten aanzien van de leerling beschouwd als problematische afwezigheden. Ook afwezigheden gewettigd door een twijfelachtig medisch attest, met name de ‘dixit’-attesten, geantidateerde attesten en attesten die een niet-medische reden vermelden, worden als problematische afwezigheden beschouwd.

In deze gevallen zal de directeur contact opnemen met de ouders. De ouders kunnen deze afwezigheid alsnog wettigen. Vanaf vijf halve schooldagen problematische afwezigheden heeft de school een meldingsplicht ten opzichte van het CLB. Het CLB voorziet begeleiding voor de betrokken leerling, in samenwerking met de school.

 

Artikel 14    Te laat komen

 

 

  • 1

Kinderen moeten op tijd op school zijn. Wie door omstandigheden niet tijdig op school kan geraken, verwittigt de school.

 

  • 2

In uitzonderlijke gevallen kan een leerling die daarvoor een gewettigde reden heeft, de school voor de einduren verlaten of na de beginuren binnenkomen. Dit kan enkel na toestemming van de directeur. Als algemene regel geldt dat bezoeken aan de huisarts of een specialist dienen te gebeuren buiten de schooluren of op woensdagnamiddag. Doktersbezoeken of bezoeken aan een specialist kunnen slechts in uitzonderlijke omstandigheden tijdens de schooluren plaatsvinden en worden kort voor het begin of het einde van de lessen gepland zodat de leerling zo weinig mogelijk lestijd verliest.

 

 

Hoofdstuk 8        Schending van de leefregels, preventieve schorsing, tijdelijke en definitieve uitsluiting

 

Artikel 15    Leefregels

 

Ouders stimuleren hun kind om de leefregels van de school (zie infobrochure) na te leven.

 

 

Artikel 16    Schending van de leefregels en ordemaatregelen

  • 1

Indien een leerling door zijn gedrag de leefregels schendt of de goede orde in de school in het gedrang brengt, kunnen maatregelen worden genomen.

 

 

  • 2

Deze maatregelen kunnen zijn:

  • een mondelinge opmerking;
  • een schriftelijke opmerking in het heen-en-weerschrft of de schoolagenda die de ouders ondertekenen voor gezien;
  • een extra taak die de ouders ondertekenen voor gezien;

Deze opsomming sluit niet uit dat een andere maatregel wordt genomen, aangepast aan het onbehoorlijk gedrag van de leerling. De maatregelen kunnen worden genomen door de directeur of elk personeelslid van de school met een kindgebonden opdracht.

 

 

  • 3

Meer verregaande maatregelen kunnen zijn:

  • een gesprek tussen de directeur en de betrokken leerling. De directeur maakt hiervan melding in de schoolagenda of het heen-en-weerschrift. De ouders ondertekenen voor gezien;
  • de groepsleraar en/of de directeur nemen contact op met de ouders en bespreken het gedrag van de leerling. Van dit contact wordt een verslag gemaakt. Het verslag wordt door de ouders ondertekend voor gezien;

 

  • preventieve schorsing: Een preventieve schorsing is een uitzonderlijke maatregel die de directeur voor een leerling in het lager onderwijs kan hanteren als bewarende maatregel om de leefregels te handhaven en om te kunnen nagaan of een tuchtsanctie aangewezen is. De leerling mag gedurende maximaal vijf opeenvolgende schooldagen de lessen en activiteiten van zijn leerlingengroep niet volgen. De directeur kan, mits motivering aan de ouders, beslissen om die periode eenmalig met maximaal vijf opeenvolgende schooldagen te verlengen indien door externe factoren het tuchtonderzoek niet binnen die eerste periode kan worden afgerond. De preventieve schorsing kan onmiddellijk uitwerking hebben en de school stelt de ouders in kennis van de preventieve schorsing. De school voorziet opvang voor de leerling, tenzij de school aan de ouders motiveert waarom dit niet haalbaar is.

 

  • 4

Indien vermelde maatregelen niet het gewenste effect hebben, kan een individueel begeleidingsplan met meer bindende gedragsregels worden vastgelegd door de directeur.
Dit moet ertoe bijdragen dat een goede samenwerking met personeelsleden en/of medeleerlingen opnieuw mogelijk wordt.

Dit begeleidingsplan wordt opgesteld door de zorgcoördinator. Het wordt steeds besproken met de ouders. Het wordt van kracht van zodra de ouders het begeleidingsplan ondertekenen voor akkoord.
Indien de ouders niet akkoord gaan met het individueel begeleidingsplan, kan de directeur onmiddellijk overgaan tot het opstarten van een tuchtprocedure.

 

  • 5

Tegen geen enkele van deze maatregelen is er beroep mogelijk.

 

 

Artikel 17    Tuchtmaatregelen: tijdelijke en definitieve uitsluiting van leerlingen

  • 1

Het onbehoorlijk gedrag van een leerling kan uitzonderlijk een tuchtmaatregel noodzakelijk maken.

 

 

  • 2

Een tuchtmaatregel kan worden opgelegd indien de leerling:

  • het verstrekken van opvoeding en onderwijs in gevaar brengt;
  • de verwezenlijking van het pedagogisch project van de school in het gedrang brengt;
  • ernstige of wettelijk strafbare feiten pleegt;
  • zich niet houdt aan het eventueel opgesteld individueel begeleidingsplan;
  • de naam van de school of de waardigheid van het personeel aantast;
  • de school materiële schade toebrengt.

 

 

  • 3

Tuchtmaatregelen zijn:

 

Tijdelijke uitsluiting

 

De directeur kan, in uitzonderlijke gevallen, een leerling in het lager onderwijs tijdelijk uitsluiten. Een tijdelijke uitsluiting is een tuchtsanctie die inhoudt dat de gesanctioneerde leerling gedurende minimaal één schooldag en maximaal vijftien opeenvolgende schooldagen de lessen en activiteiten van zijn leerlingengroep niet mag volgen. Een nieuwe tijdelijke uitsluiting kan enkel na een nieuw feit. De school voorziet opvang voor de leerling, tenzij de school aan de ouders motiveert waarom dit niet haalbaar is.

 

Definitieve uitsluiting

 

De directeur kan, in uitzonderlijke gevallen, een leerling in het lager onderwijs definitief uitsluiten. Een definitieve uitsluiting is een tuchtsanctie die inhoudt dat de gesanctioneerde leerling wordt uitgeschreven op het moment dat die leerling in een andere school is ingeschreven en uiterlijk één maand, vakantieperioden tussen 1 september en 30 juni niet inbegrepen, na de schriftelijke kennisgeving.

 

In afwachting van een inschrijving in een andere school mag de gesanctioneerde leerling de lessen en activiteiten van zijn leerlingengroep niet volgen. De school voorziet opvang voor de leerling, tenzij de school aan de ouders motiveert waarom dit niet haalbaar is.

 

  • 4

Er is geen mogelijkheid tot collectieve uitsluiting: elke leerling wordt afzonderlijk worden behandeld.

 

  • 5

Het schoolbestuur kan de inschrijving weigeren in een school waar de betrokken leerling het huidige, vorige of het daaraan voorafgaande schooljaar definitief werd uitgesloten.

 


Artikel 18    Tuchtprocedure

  • 1

De directeur kan beslissen tot een tijdelijke of definitieve uitsluiting.

 

  • 2

De directeur volgt daarbij volgende procedure:

 

1°            het voorafgaandelijke advies van de klassenraad moet worden ingewonnen. In geval van de intentie tot eendefinitieve uitsluiting moet de klassenraad uitgebreid worden met een vertegenwoordiger van het CLB die eenadviserende stem heeft;